Ze was één van de vijf studenten die is toegelaten tot de Polytechnische Universiteit van Zürich in 1896 en daarbij de enige vrouwelijke student. Mileva Marić (1875-1948) was een briljante Servische student met een interessant verleden voor haar toelating aan de Universiteit. Ze werd geboren met een heupafwijking, waardoor ze de rest van haar leven mank liep. Haar succes en gretigheid in haar studie leidden tot spot door jaloerse klasgenoten waardoor Mileva zich nog verder terugtrok in haar privéwereld van kennis en prestaties. Ze was academisch niet te stoppen, maar dit veranderde allemaal toen ze haar grote liefde Albert Einstein ontmoette.
Een schokkende openbaring
Vijf jaar voor zijn overlijden heeft Einstein in zijn testament verklaard dat al zijn papieren naar de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem zouden gaan. Deze collectie van 1400 brieven zijn door de jaren heen meer en meer openbaar gemaakt. In 1987 publiceerde Princeton University brieven die een licht schijnen op Einsteins jongere jaren, van 1879-1902. Vijftig van deze brieven waren uitgewisseld met Mileva Marić. Door de onthulling van deze brieven werd het vergeten leven van Mileva ontdekt. De brieven leveren substantieel bewijs dat ze hebben samengewerkt in de wetenschap. Of Mileva heeft bijgedragen aan het vroege werk van Albert Einstein is nog steeds een voortdurend debat. De speculaties van haar bijdragen werd wereldnieuws en bereikten ook de Nederlandse kranten. De titels van deze krantenartikelen: 'Einstein's vrouw: miskend genie?' en 'Stond Einstein's vrouw aan basis relativiteitstheorie?' schetsen deze speculaties.
Van Mileva’s brieven aan Einstein is helaas niks overgebleven. De bevindingen zijn dus enkel gebaseerd op Einsteins’ perspectief. Aangezien er geen direct bewijs is van de inbreng van Mileva in het werk van Einstein, is de discussie voornamelijk gebaseerd op het taalgebruik in de brieven. Einstein verwees naar ‘onze’ theorie en ‘ons’ werk; dit in vergelijking met andere ideeën waaraan hij werkte en daarin ‘ik’ en ‘mijn’ werk gebruikte. Dit schreef Einstein in een brief aan Mileva op 27 maart 1901:
Wat zal ik blij en trots zijn als wij tweeën samen ons werk over relatieve beweging tot een zegevierend einde hebben gebracht.
Ook verklaarde de broer van Mileva dat ze natuurkunde bespraken toen ze waren getrouwd en hun zoon Hans Albert zei dat ze ’s avonds aan dezelfde tafel samenwerkten.
Een glimp van Mileva’s gedachten
Het boek In Albert’s Shadow: The Life and Letters of Mileva Marić, Einstein’s First Wife, geeft een intiem beeld van Mileva's privéleven. Ze schreef brieven en kaarten aan haar vriendin Helene Savic die ze nog kende uit haar studententijd. Mileva als student natuurkunde, Helene als student geschiedenis. De twee vrouwen woonden in hetzelfde pension en zijn zo snel vriendinnen geworden.
De brieven zijn bewerkt en gebundeld door Helene’s kleinzoon, Milan Popovic. De brieven bevatten informatie over haar relatie met Albert, voor, tijdens en na hun huwelijk. Daarnaast vertelt ze ook over haar ervaringen aan de universiteit. Haar meest diepgaande en persoonlijke gedachten komen naar voren in haar eigen stem; haar worsteling met depressie, het overwinnen van een slechte gezondheid en het opvoeden van twee zonen als alleenstaande moeder, van wie er één later aan schizofrenie leed. Deze brieven werpen echter geen licht op de kritische vraag of zij zijn vroege werk heeft beïnvloed.
Dat Mileva ontzettend gelukkig en verliefd was, komt duidelijk naar voren uit een brief van 1901. Ze beschrijft haar vakantie naar het Como meer om Albert te zien:
Ik ging naar Como, waar iemand met open armen en een ‘bonkend hart’ op me wachtte. Ik moet je nog iets vertellen over onze reis, want het was zo mooi dat ik al mijn verdriet vergat… Wat was ik blij mijn schat weer een beetje voor mezelf te hebben, vooral omdat ik zag dat hij net zo blij was! Hij komt me nu elke zondag opzoeken, en elke keer denken we aan onze dierbare vriendin… Hij was diep ontroerd toen ik hem je laatste brief [over Helene’s zwangerschap] liet zien en hij zei: "Ook wij gaan net zo gelukkig zijn als zij!"
Uit een brief van 9 maart 1900 komt duidelijk naar voren dat Mileva en Einstein hun onderzoeken deelden met elkaar:
Professor Weber heeft mijn voorstel voor de dissertatie geaccepteerd en hij was er zelfs heel blij mee. Ik kijk uit naar het onderzoek dat ik zal moeten doen. E. [Einstein] heeft voor zichzelf een heel interessant onderwerp gekozen.
Maar dat het huwelijk verslechterde tussen de twee komt naar voren uit de brief van 3 september 1909:
Hij wordt nu beschouwd als de beste van de Duitstalige natuurkundigen, en ze geven hem veel onderscheidingen. Ik ben erg blij met zijn succes, want hij verdient het volledig; ik hoop en wens alleen dat roem geen schadelijk effect heeft op zijn menselijkheid. Later voegde ze eraan toe: Met ale deze roem heeft hij weinig tijd voor zijn vrouw. [...] Wat valt er te zeggen, met bekendheid; de een krijgt de parel, de ander de schelp.
In een brief van 13 januari 1917 schrijft Mileva over haar ziekte:
De reden dat ik je zo lang niet heb geschreven, is dat ik helaas nog steeds ziek ben, nog steeds op bed en de afgelopen twee maanden erg beroerd ben geweest. Ik weet niet waarom ik zoveel moet lijden.
In totaal zijn er zeventig brieven en kaarten beschikbaar die Mileva heeft geschreven aan Helene. Helaas is van Helene's brieven niks overgebleven.
Zichtbaar nalatenschap
De nalatenschap van Mileva wordt onder andere geëerd langs het met buste omzoomde voetpad in de Servische Culturele Tuinen van Cleveland, Ohio. In 2016 sprak de president van de Servische Culturele Tuinen over de buste en de referent van de plaatselijke kerk zegende de nieuwe buste. Het verhaal van haar prestaties werd verteld en ook hoe ze over het hoofd werden gezien. Op de buste zelf staat: “Mileva Marić, briljante Servische natuurkundige en wiskundige, vrouw en wetenschappelijke partner van Albert Einstein, 1875-1948”. Voor zolang dat de buste hier staat zal worden erkend dat ze een waardevolle bijdrage heeft geleverd aan de wetenschap.
Geschreven door Valerie Krisman