Een stap naar (geïntegreerd) onderwijs
Rietveld (1948) was 62 toen hij deze onderscheiding ontving en had een opmerkelijke academische reis achter hem. Op zijn 35e begon Rietvelds zicht te verslechteren en op zijn 40e werd hij blind. Na een revalidatieproces van zes maanden in Visio Het Looerf, begon Rietveld na te denken over de volgende stap in zijn leven:
Ik had een heel ander leven. Ik was een zakenman, schreef sciencefictionverhalen, en was heel actief. Ik werkte bij een computerbedrijf in België toen ik blind werd. Toen dacht ik “Wat moet ik nu doen?” Toen ging ik studeren, ik was nooit van plan om te werken in de psychologie, ik wilde dat gewoon een keer meemaken.
In 1986 begon Rietveld met de studie Psychologie aan de UvA en behaalde met succes een PhD. Hij werd hierna gevraagd verbonden te blijven aan de universiteit als onderzoeker en begon ook les te geven. Dit gebeurde allemaal tijdens een overgangsperiode van onderwijs in Nederland, waar geïntegreerd onderwijs voor mensen met een visuele beperking genormaliseerd werd. Om naar de vorige situatie te kijken, moeten we terug in de tijd naar 1808.
In dit jaar werd aan de Herengracht in Amsterdam het ‘Instituut tot Onderwijs van Blinden’ opgericht. Dit was het eerste onderwijsinstituut dat in Nederland werd gerealiseerd voor slechtzienden en Nederland trad daarmee in de voetsporen van andere Europese landen zoals Frankrijk. De oprichters lieten zich inspireren door de achttiende-eeuwse verlichtingspedagogiek waarin de menselijke geest de leidraad was voor een goed functionerende samenleving. Door dit nieuwe instituut werd het geloof van de oprichters uitgedrukt dat hun studenten door middel van onderwijs ‘nuttige leden van de samenleving’ konden worden. Dat kon volgens de bestuurders beter in isolatie gebeuren: integratie door segregatie. Op deze gesegregeerde manier bleef het verschil ‘onzichtbaar’ en hoefde de samenleving zich nauwelijks aan te passen
In de jaren tachtig van de 20e eeuw werd deze vaderlijke benadering van gescheiden onderwijs verworpen en werd geïntegreerd onderwijs de norm voor mensen met een (visuele) beperking. In tegenstelling tot het ‘Instituut tot Onderwijs van Blinden’ aan de Herengracht, leren mensen met visuele beperkingen om volledig zelfstandig te zijn en zingeving aan het leven te geven. Deze zingeving is volgens Rietveld van uiterst belang:
Zo iemand kan wat mij betreft mij heel nuttig werk doen. Sterker nog, ik vind dat het gewoon móet. Niet om alleen geld te verdienen, maar ook omdat werk zingeving is van je leven, het maakt het leven interessant en geeft je het gevoel dat je nuttig bent. Dat vind ik belangrijk.
Een inclusieve en toegankelijke UvA
Rietvelds studie- en werkperiode aan de UvA was in een periode waar toegankelijkheid en inclusiviteit nog niet op de agenda stond. Studenten met beperkingen konden weinig hulp vanuit de UvA verwachten en moesten hiervoor zelf met oplossingen komen. Dit deed Rietveld ook:
Ik heb die hulp zelf georganiseerd, via kennissen en familieleden die boeken op cassette inlazen. En de algemene boeken kreeg ik via de Amerikaanse blindenbibliotheek. Daarnaast betaalde ik secretaresses om mij te helpen. Circa een halve tot een dag in de week. Ik had dus extra geld nodig om de studie af te maken. Dat moest ik zelf regelen en betalen.
In zijn latere loopbaan als onderzoeker aan de UvA huurde Rietveld studenten in als assistent. Zij hielpen hem met het opstellen van tabellen en grafieken, iets wat Rietveld zelf niet alleen kon doen. Hij kijkt anno 2022 terug op de UvA en de hele wetenschappelijke wereld als zeer discriminerend. Vanuit de UvA kwamen thema’s als inclusiviteit en toegankelijkheid pas rond 2015 op de agenda te staan.
Deze omschakeling van de UvA maakt huidig UvA student Ihab Laachir mee. Laachir is 25 jaar en studeert sinds 2017 Economie en Bedrijfskunde aan de UvA. Daarnaast is hij lid van de diversiteitscommissie en het platform ‘UvA IDEAs.’ IDEAs staat voor Inclusivity, Disability, Equity, Accessibility for and by students. Met dit platform en deze commissie maakt Laachir zich hard voor de belangen van studenten met beperkingen. Laachir is zelf geboren met een visuele beperking en komt op de UvA dagelijks in aanraking met moeilijkheden, hij weigert echter opzij geschoven te worden en terug te vallen voor hulp van familie en kennissen.
Een voorbeeld van een obstakel waar Laachir mee te maken heeft, is het gebrek aan extra hulpvoorzieningen op de UvA. In de eerste drie jaar van Laachir’s studieperiode werd hulp van een student-assistent afgewezen, omdat dit oneerlijk zou zijn tegenover andere studenten. Na drie jaar overleg kreeg Laachir zijn gelijk, maar hij kijkt terug op een stressvol proces wat hem veel energie kostte. Dit proces kaartte Laachir aan op een seminar van de diversiteitscommissie. De UvA laat met dit soort situaties zien hoe er vaak pas verandering komt wanneer ze daartoe gedwongen worden. Laachir blijft doorwerken voor een verbetering van de UvA op dit gebied:
Dit is wat ik bedoel met inclusief onderwijs: openstaan voor nieuwe ideeën en als er onverwachte problemen voor je staan, denk dan in oplossen en niet dingen afwijzen en zelf vervolgens niks bedenken.
Natuurbescherming in Zazamalala
Rietveld bracht zijn academische carrière tot een halt in 2015. Er was namelijk een ander project wat een hogere prioriteit kreeg: natuurbescherming. Dit project startte Rietveld in 2000 met het oprichten natuurreservaat Zazamalala in het westen van Madagascar. Dit is een gebied van 190 hectare wat continu uitbreidt door een opkomend klimaatbewustzijn. Rietveld en zijn vrouw werken hier samen met de lokale bevolking aan het herstellen van het oorspronkelijke habitat. Die fascinatie voor Madagascar en natuur is niet iets nieuws voor Rietveld:
Vanaf mijn vroege jeugd was ik geïnteresseerd in planten en dieren. Ik ging niet zoals andere jongens naar Ajax kijken, maar naar plantenwinkels om te kijken wat er te koop was. Op mijn 21e kwam ik voor de eerste keer in Madagascar en ben verliefd op het land geworden. Ik ben bijna ieder jaar teruggegaan.
Naast de focus op natuurbescherming, is onderwijs en economische onafhankelijkheid een belangrijk thema voor Rietveld in het project van Zazamalala. Rietveld probeert zoveel mogelijk lokale mensen betaald werk te geven in het reservaat en ondersteunt scholen met geld en materialen. Zo werkte hij bijvoorbeeld aan de bouw van toiletten en schoolbanken in de omgeving van Zazamalala; in deze regio wonen meer dan 1000 kinderen die daarvoor geen toegang daartoe hadden.
Met zijn academische carrière in het verleden, wijst Rietveld op de waarde die zijn loopbaan aan de UvA heeft gehad:
In mijn leven is dat een enorme vooruitgang geweest, ik vind het belangrijk dat ik toch bij een universiteit heb gewerkt. Ik ben daardoor in een andere sfeer terecht gekomen. Ik was daarvoor behoorlijk rechts, maar ben toen de wereld van de andere kant gaan bekijken.
Deze verandering van omgeving en sfeer heeft Rietveld meermaals meegemaakt. Van zakenman in België, naar medisch psycholoog aan de UvA, naar natuurbeschermer in Madagascar. Bij dit moment van publicatie is Rietveld 74 jaar, maar nog lang niet klaar met de realisatie van zijn werkprojecten. De bossen in het westen van Madagaskar zijn de meest bedreigde leefomgeving ter wereld met slechts 3% dat is overgebleven. Rietveld, zijn vrouw en de lokale bevolking van Zazamalala blijven zich hiervoor inzetten.